Doet het basisonderwijs buiten de Randstad er nog wel toe voor de PO-Raad, de sectorraad voor het basisonderwijs in Nederland. Of tenminste, ik dacht tot nog toe dat de PO-raad de sectorraad was voor heel Nederland. Maar vanochtend las ik met verbazing de uitspraak van de voorzitter van de PO-raad, Rinda den Besten, op nos.nl. Naar aanleiding van het sluiten van 100 scholen in heel Nederland legde ze een duidelijke scheiding tussen de Randstad -het deel van Nederland dat er blijkbaar toe doet- en de rest van Nederland.
Tegenover de NOS verklaart zij over het sluiten van scholen in dorpen:

“Die dorpen liggen vooral in de krimpgebieden. In Noord-Groningen, Zeeland en Limburg. Daar is de leerlingendaling het grootst. Dat betekent dat er dus meer basisscholen verdwijnen of moeten samenwerken.

Maar ook de Randstad, en het midden van het land krijgen er nu mee te maken. “Het komt dichterbij”, zegt Den Besten.”

Over het algemeen een prima uitspraak, wat mij betreft, maar dat laatste “Het komt dichterbij” schoot bij mij wel even verkeerd. Alsof je het over iets hebt dat tot nu toe helemaal geen enkele relatie heeft gehad tot het werk van de sectorraad voor het basisonderwijs. Pas nu het langzaam naar de Randstad toe kruipt “komt het dichterbij”. Het klinkt als iets engs dat het basisonderwijs besluipt vanuit donkere uithoeken. Was het daar gebleven, dan had niemand er last van gehad, maar nu “komt het dichterbij”. Laten we zeggen dat dit mij op zijn minst zorgen baart voor de manier waarop de PO-raad kijkt naar de belangen van het basisonderwijs buiten de randstad.